.

.

donderdag 12 november 2020

Het verschil en gebruik tussen mest en grascompost

Nu het grascomposteren zijn weg heeft gevonden, en op wereldniveau gekend wordt, komen vragen op, of mest, van wat voor dier en mens dan ook, vergelijkbaar is met compost van gras en kruid gewassen. Het antwoordt daarop is ondubbelzinnig, nee! 

Mest wordt gevormd door het eten, wat een dier doet of mens, om in leven te blijven, en de afvalstoffen die daarbij vrij komen. En juist deze afvalstoffen zorgen ervoor dat mest (ook vercomposteerde mest) een hoger bestand heeft aan NPK, dan grascompost. Immers, zodra het gegeten voedsel, door magen en darmen zijn verteerd, wordt het d.m.v. het bloed, aangeboden aan de cellen. Op het moment dat het bloed het aan de cel aanbiedt, neemt de cel dit op, maar alleen maar als er ''iets'' anders die cel weer verlaat, net als bij pompwerking. Daarnaast dient iedere cel zijn eigen doel, en heeft ook haar eigen voeding nodig om te kunnen blijven doen, waar ze goed in is. Het gevolg is, dat al die verschillende cellen, allemaal hun afval via het bloed, naar de nieren, de lever en de gal, via het bloed, weer naar de darmen afvoeren, en in de mest terecht komen. Juist omdat het afval van de cellen, afval is, en geen voeding, ontstaat er een meerwaarde aan Nitraat (N), Fosfaat (P) en Kalium (K) in de mest. 

Dus door de spierwerking, het eetgedrag, en de totale beweging, wat het dier moet doen om zijn voedsel te eten, en te verteren, vindt er afval plaats. Dit resulteert in meer NPK. Die NPK meerwaarde, dus wat afval was voor het lichaam, veranderd nu weer in voedsel voor planten en zorgt dat een plant meer groei geeft, dan ze in de vrije natuur (zonder mest) zou doen. Dit heeft een belangrijk gevolg. Zoals gezegd, de planten groeien sneller op deze NPK, maar laten daardoor de aanwezige mineralen in de grond links liggen. De planten nemen zo minder mineralen op dan zijzelf en wij (!) nodig hebben, voor een evenwichtige groei. 

Grascompost heeft daarentegen geen hogere NPK waarde, dan het gras en kruiden bij  het einde van het seizoen al hadden (hooi op stam). Hierdoor behoud de grond zijn natuurlijke NPK waardes en wordt het bacterieleven niet verstoord. De organische stof (Koolstof) geeft alleen de nodige energie voor het bacterieleven in de grond. Deze zorgen ervoor dat de aanwezige mineralen in de grond worden afgebroken en beschikbaar komen voor de plant. Mest en grascompost hebben beiden een hoog organisch stofgehalte, maar mest dus meer NPK. 

Naast de smaak van groenten, eten we groenten voornamelijk om de aanwezige mineralen, minder voor de vitaminen, eiwitten, koolhydraten. Dus een mooi ogend gewas aan groenten (zoals mest tot gevolg heeft), zorgt er niet voor dat we voldoende mineralen in ons eten hebben. 

Grascompost zorgt ervoor, dat de bacteriën hun werk doen, en dus mineralen afbreken voor de plant, in plaats daarvan, zorgt mest (ook vercomposteerde mest) ervoor dat planten sneller en beter groeien, maar juist daardoor minder tot geen mineralen opnemen, die wij zo broodnodig, nodig hebben. Mest, als organische bemesting, zorgt door de hoge NPK waarden, dus dat planten beter gaan groeien, maar zorgt er tegelijkertijd voor, dat door die hoge NPK waarden er een verdringing plaatsvindt in de mineraal waarde van de grond, wat de bacteriële werking tegen gaat. Dus planten worden er groot en mooi groen van, maar kunnen minder mineralen opnemen, door deze NPK, en....., doordat de cellen van de plant groter worden, vallen ze ook makkelijker ten prooi aan ziekten en plagen, en..... dan moet er weer gespoten worden. 

Vercomposteerde ''mest'' heeft nog meer NPK waarden, omdat door compostering, de NPK waarden alleen maar toeneemt, door vervluchtiging van water, vermindering van organische stof en CO2 uitstoot. Daarnaast wordt het nitraat gehalte door vastlegging van ammoniak in de mest vastgelegd door de compostering, en daardoor een hoger stikstofgehalte. Compostering van gras en kruiden, heeft bij het uitgangsmateriaal weinig tot geen NPK waarden, en heeft door zijn hogere koolstofgehalte, bacteriële vermeerdering tot gevolg in de grond, om mineralen vrij te maken voor de plant, waaronder óók NPK, maar dan in natuurlijke vorm.

Kashi,

Hendrik.

Geen opmerkingen: